Hoofdbanner

je zegt, er is een stilte van binnen
een kamer zonder vlekken
maar ik zie je muren beven
elke avond een beetje meer

je schrijft je naam in een hoek
letters die samenklonteren
tot betekenisloos geluid

niemand leest jou 

je hand glijdt langs mij heen
je ogen haken vast, kijken
voorbij de tijd die achter jou ophoopt

je doet alsof er een brug is
maar ik zie slechts losse stenen
wiebelig op elkaar gestapeld

wat je dacht vast te houden
wordt vloeibaar,  kleurt je handen

misschien vind je het terug
in de kelder van een oud huis
als stof dat blijft dwarrelen

je sprak eens van een plek
een schuilplaats vol lijnen
waar je wolken van vertrouwen
afgebakend zag

maar onder je voeten breekt het land
opnieuw, het knarst, verschuift
als losse kiezels in droge bedding