Sta niet aan mijn graf in stil verdriet,
Ik ben niet dood, ik ben hier niet.
Ik ben de wind die fluistert in de bomen,
De stem van woorden die tot jou komen.
De leeuwerik, zingend in het blauw,
De vlinder die neerstrijkt op je mouw.
Ik ben het brullen van de leeuw,
De glinstering op verse sneeuw.
Het warme licht op het rijpend graan
Het roepen van de bleke maan.
Als jij in het donker wakker wordt
en wanhoop naar beneden stort,
ben ik de ster die boven schijnt,
de hoop die diep in jou verdwijnt.
Ik ben de kom die tranen vangt,
Het troosten waar je naar verlangt.
Kijk omhoog, naar de lichtende lucht,
Zie mij daar zwaaien in mijn vlucht.
Sta niet aan mijn graf in stil verdriet,
Ik ben niet dood, ik ben hier niet.
Opmerking: dit is mijn variatie op een oud bestaand gedicht in het Engels, Do not stand by my grave en weep van Clare Harner uit 1934. Zie hieronder.
Do not stand
By my grave, and weep,
I am not there,
I do not sleep.
I am a thousand winds that blow,
I am the diamond glints in snow,
I am the sunlight on ripened grain,
I am the gentle, autumn rain.
When you awaken with morning's hush
I am the swift upflinging rush
Of quiet birds in circling flight.
I am the day transcending night.
Do not stand
at my grave and cry -
I am not there,
I did not die.
Aan mijn graf
Plaats reactie