Hoofdbanner

Vannacht niet geslapen, mijn lichaam lag uitgeteld op bed,
maar mijn hoofd bleef berekeningen maken, elke keer opnieuw
kwam ik er niet uit, ik overzag mijn kamer, de klok aan de muur,
drie foto’s op een rij, helder, alsof ik met andere ogen waarnam,
buiten mijn lichaam om, doorheen het vlies dat mij omspant.

Eenden dobberen in de vijver, alsof je ze zo uit het water 
kunt plukken, voor mee naar huis, twee zonder kop, 
hun stomme kont naar boven, steken natuurlijk de draak
met mij, om later schaterend omhoog te komen als de
duikeleendjes waar ik vroeger als kind mee speelde in bad.

Het park is een schilderij, met mijn vingertoppen strijk ik
roetsj langs de lijst, met één streek alles weg, ligt de dag 
er weer rimpelloos bij, een leeg doek zonder spatje verf, in
dit godganse achterblijven, blijf ik wakker, moe en doorlaten.