dichterbij komen is afstand nemen van het ademen van
de zee, het helmgras van winderige duinen, je zoekt een
woning, opgestookt tot een paar graden boven eenzaamheid
niet omlaag kijken, het touw is slap en wiebelig, het broeit
in je hoofd, je wilt terug, angst is de staat van ontbinding
wanneer je niet kiest, de wereld glijdt weg onder je voeten
je gedachten slaan op de vlucht, keren om, kloppen
vol onrust aan, is er een kamer vrij, kan ik reserveren,
ben zo weer weg, heb het druk tegenwoordig
hou er één vast, sneller dan de flits in je dakpanhoofd,
zie hoe hij spartelt op tafel onder jouw aandacht,
smekend om losgelaten te worden
raak hem aan, zie hem huiveren, verschrompelen tot een
zielig hoopje as waar elk vuur gedoofd is, de ruimte
leeg, de lucht asgrauw
het is koud, je bent alleen
De beweging in het gedicht lijkt op die van de wind. Van razendsnel tot stilstand. Of die van de golven. Toch anders misschien. De beweging ervaar ik in elk geval als interessant en mooi. Veel om over verder te denken. Dakpanhoofd, geeft mij een beeld dat me aanspreekt. In de laatste strofe zou ik de neiging hebben de bijvoeglijke naamwoorden weg te laten. Maar jij misschien juist niet :-).