In het verleden volgde ik korte tijd de cursus ‘Intuïtieve ontwikkeling’ te Utrecht. Ik zat toen in mijn tweede maanknoop, wat me een goede gelegenheid leek om een en ander in mezelf verder uit te diepen.
Vooraf kreeg ik een reading waar ik zelf om gevraagd had. Drie personen ‘lazen’ mij. Dat wil zeggen, ze gingen mijn zeven chakra’s na om te onderzoeken hoe mijn zielenleven zich aan hen manifesteerde. De drie zaten op een afstand van zo’n drie meter tegenover mij, iedereen op een stoel. Ik ook. In het midden van de drie zat de leider, de andere twee waren in opleiding. Achter mij, met haar handen op mijn schouders, stond er een vierde iemand om de gang van zaken te begeleiden.
Ik was toen onder de indruk van hoe deze mensen mij konden inschatten. Terwijl ze verder niets van mij afwisten. Ik herkende bijna alles wat ze zeiden. Mijn zwakke punten, mijn sterkere punten. De vrouw achter mij zorgde ervoor dat ik me op mijn gemak voelde. Het gaf me een goed gevoel hierna de cursus te volgen.
De cursus (één avond in de week) voelde in eerste instantie als een weldaad. Het daadwerkelijk met je vingers de grenzen beleven van andermans aura, die van jezelf, het je concentreren op je eigen chakra’s, de stromingen in je lijf ervaren, de aanwezigheid van fijne mensen om je heen, de meesten open en zoekend. Maar na een paar maanden begon er iets in mij te knagen. Ik voelde weerstand. Ik heb er lang over nagedacht wat dat was. Waren het mijn angsten om dieper tot mezelf door te dringen? Het zou natuurlijk kunnen. Ik miste iets en besloot met de cursus te stoppen. Ik sprak er over met iemand die dezelfde cursus in Amersfoort volgde en die ook na een tijdje afhaakte. Ook zij miste iets, al kon ze niet exact duiden wat dat was.
Mijn weerzin ontstond bij een steeds terugkerende oefening. We moesten in gedachten een negatieve ervaring of eigenschap van onszelf visualiseren. Met andere woorden, we moesten proberen er een concreet beeld van te maken, bijvoorbeeld in de vorm van een roos. Maar het mocht ook van iets anders zijn. Alles wat in je opkwam was goed. Dit beeld plaatsten we dan in gedachten boven ons hoofd. Vervolgens lieten we dit beeld ‘ontploffen’, zoals dat werd genoemd. En je was vrij! Ofwel, je had je aura opgeschoond. Natuurlijk was de negatieve ervaring of eigenschap niet direct helemaal weg. Je moest blijven oefenen, dit ontploffen steeds weer herhalen. Net zolang tot je helemaal vrij was.
Het achterliggende idee is dat je jezelf in je eigen gedachten vastzet. Daar moet je je bewust van bevrijden. Door de hele boel dus op te blazen. Ja, zo gemakkelijk is het.
Voor mij voelde dit als een niet eerlijk zijn tegenover mezelf. Alsof ik voorbijging aan diepere lagen in mijn innerlijk. Er werd een bepaald beeld opgeblazen, maar het onderliggende motief bleef in mijn lichaam aanwezig, zo voelde het. Alleen nu uit mijn bewustzijn verdreven. Een buitenkant oplossing, zoals een paracetamol innemen wanneer je hoofdpijn hebt. Symptoombestrijding. Wat je meemaakt in het leven past bij jou, slaat zich op in je lichaam, met name in je organen, en veel minder in je hoofd, is mijn ervaring*. Om nu met je hoofd, met je hersenen dus, jezelf innerlijk te transformeren ervoer ik als een verloochening van mezelf. Het deed me denken aan de stroming die in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw vanuit de VS opgang deed, die van het zogenaamde positieve denken. Hoeveel boeken zijn daar toen niet over verschenen? Denk positief en je verandert jezelf en je omstandigheden, was de boodschap. Heb je het arm? Denk je jezelf rijk, gun het jezelf vooral, en je zult zien, binnen de kortste keren ben ook jij rijk. Heb je een slechte relatie? Idem.
Alsof je slechts je gedachten bent, ofwel alleen je brein, zoals dit soort boeken voorschrijven. En waar veel mensen nu nog altijd in geloven.
Ik moest aan mijn toen gevolgde (kortstondige) cursus denken toen ik de afgelopen dagen het boek van de Amerikaanse Linda Keen las, grondlegster van de intuïtieve ontwikkeling in Nederland. Het dateert uit 1985, de periode waarin zij in Nederland actief was. Het is een informatief en helder geschreven boek, waarin ze eerst haar persoonlijke ervaringen beschrijft en daarna praktische oefeningen die je zelf kunt doen. Met steeds weer het ontploffen van bepaalde niet gewenste beelden als kers op de taart.
Het lezen van haar boek gaf mij wederom een dubbel gevoel. Enerzijds hoe belangrijk het is, juist in onze tijd, om je lichaam middels de zeven hoofdchakra’s te leren ontdekken. Zoals dat veel (vooral spirituele) mensen hun onderste drie chakra’s verwaarlozen en hoe je middels herhaalde grondingen steviger in het leven kunt komen te staan. En, misschien nog belangrijker, zoals veel intellectueel ingestelde mensen hun bovenste twee of drie chakra’s zo gesloten hebben dat ze geen of weinig verbinding ervaren met de kosmische energieën die ons omgeven. Wat zich uit in een louter cognitief waarnemen van de wereld, een ontkenning van een God of een overkoepelende ordening, het idee dat alles in het leven maakbaar is, dat we de natuur naar onze hand kunnen zetten etc. Dus we zorgen er zelf wel voor wanneer we doodgaan (als ons leven voltooid is, denken we hoogmoedig), we zien de natuur als een verdienmodel (de bio-industrie), spuiten onze akkers vol met gifstoffen (heel slim gewasbeschermingsmiddelen genoemd), die op de lange termijn de landbouwgronden onvruchtbaar maken, met een groot verlies aan biodiversiteit als gevolg. Insecten sterven uit, planten worden niet langer bestoven. We leven vanuit dit soort denken nauwelijks nog samen met de natuur. Nee, we onderdrukken haar, louter uit hebzucht en egoïsme. Tot de natuur zich tegen ons keert, met nieuwe ziekten en andere noodsignalen als gevolg.
Anderzijds is er een schrijnend tekort aan aandacht voor wat zich allemaal in ons eigen lichaam afspeelt. Aan innerlijke processen, bedoel ik. Niet aan wat zich daar op moleculair niveau afspeelt, waar de wetenschap zich op richt. Ook nuttig, maar nogal eenzijdig. Op welke manieren staan we in verbinding met de buitenwereld? Wat is daarbij onze eigen inbreng? Hoe ‘stroomt’ het in ons? Daar is weinig inzicht en ervaring in. Zoiets zou in onze tijd van hollen en stilstaan (druk, druk,) juist ontwikkeld kunnen en moeten worden, is mijn idee. Naast alle cognitieve rimram op de scholen, belangrijk maar zoals gezegd erg eenzijdig, kunnen er momenten ingeruimd worden voor contemplatie, aandacht voor onze innerlijke processen, al is het maar voor 15 minuten per dag. Juist in de fase waarin jongeren zich (met alle onzekerheden van dien) tot volwassenen ontwikkelen, de leeftijd dus van pakweg 16 tot 20 jaar, is dit nodig om ze op hun verdere leven voor te bereiden. Cursussen intuïtieve ontwikkeling kunnen daar een belangrijke bijdrage aan leveren. Zelfs op scholen die zich laten voorstaan om binnen het onderwijs aandacht te schenken aan het principe hoofd-hart-handen, zoals de vrijescholen dat doen. Daar kan volgens mij veel meer diepte in aangebracht worden.
Aandacht en bewustwording leidt dan tot meer compassie met al wat leeft. Waardoor we weer onderdeel worden van de natuur, in plaats van daarnaast of erboven te staan. Gemakzuchtige oplossingen bestaan niet. Je problemen of onzekerheden in je hoofd laten ‘ontploffen’ en dat je dan vrij bent? Nee, dat lijkt mij niet de goede weg. Daarvoor is de wereld en ook ons eigen leven te complex. Maar de rest van dit soort intuïtieve ontwikkeling: doen!
Linda Keen - Intuïtieve ontwikkeling, AnkhHermes, 1985
* Dit merk je wanneer je op de radio een liedje hoort uit de tijd dat je in een depressie zat, verliefd was of andere sterke emoties beleefde. De herinnering komt direct weer boven, niet vanuit je hoofd maar vanuit je lichaam, meestal je onderbuik. Je beleeft het ook zo intens, alsof je weer helemaal terug in de tijd wordt geplaatst.
Intuïtieve ontwikkeling
Plaats reactie