Morgen zal het bekend worden. De last die ik al te lang heb gedragen is dan voorbij. Ja John, voor jou ben ik slechts de stortplaats voor de brokstukken van jouw armzalig leventje. Jouw beroep is je alles, braaf doe je wat van jou wordt verwacht, terwijl jouw bazen genieten van alle ellende die ze aanrichten. Allemaal gedreven door egoïstisch winstbejag. Maar waar ben ik in jouw verhaal?
Ik daag je uit, John, om het bekende los te laten en het avontuur te omarmen. Net als ik dat doe. De wereld reikt verder dan de zoektocht naar glanzend goud. Misschien ontdek je wel schatten van ontelbare waarde wanneer je simpelweg de tijd neemt om aandacht te schenken aan de vrouw die geduldig wacht aan de zijlijn van je bestaan. Haar glimlach is misschien wel kostbaarder dan de schitterendste edelsteen.
Mijn dochter Faye heb ik in vertrouwen genomen. Ik liet haar mijn blauwe plekken zien, de tastbare littekens op mijn lichaam. Over een paar dagen zullen ze vervagen, althans op mijn benen, maar mijn ziel zal de blijvende getuige zijn van mijn beproevingen. Dit zei ik haar, zodat ze niet zal vergeten wie jij was.
‘Je ziet er vermoeid en ongelukkig uit,’ fluisterde ze, haar armen om mij heen geslagen. Ik voelde haar snikken, snikte zelf ook mee in de minuten dat we elkaar vasthielden. We vonden troost in elkaars omhelzing.
De avond spreidt haar vleugels uit, maar meneer heeft gekozen om aan zijn vermoeidheid toe te geven. Zie hem daar liggen, met de rug naar mij toegekeerd, een treffend symbool van de afstand tussen ons. Waarschijnlijk droomt hij weer eens van een jonge vrouw met weelderige vormen, de vuige egoïst.
Ik denk aan de keren dat hij zogenaamd moest overwerken, dagen aaneen. Ja, zolang ik maar zwijg en me koest houd. Maar ik pik het niet langer. Ik zal mijn eigen stem laten weerklinken, hij zal er van opkijken. Of juist niet, als alles volgens plan verloopt, ha.
Hij had de mogelijkheid de regering ten val te brengen. Talloze malen heb ik hem bezworen dat zij er alleen voor zichzelf zijn, niets om burgers of maatschappij geven, laat staan dat ze enig begrip hebben voor wat er speelt bij mensen zoals wij. Ze leven in hun eigen wereld van macht en geld, met als enig doel hun territorium uit te breiden. Die John van mij heeft het gereedschap om hen onderuit te halen. Maar telkens wanneer ik dit aansnijd, haalt hij nonchalant zijn schouders op, met een wegwuivend gebaar, om zich vervolgens te verschuilen achter een ander gespreksonderwerp. Hij heeft informatie die anderen ontgaat, documenten die een schaduw werpen op menig hoogwaardigheidsbekleder. Steekpenningen, bonnetjes van weelderige banketten in schimmige uithoeken. Escortdames, vliegreizen naar exotische paradijzen, wekenlang badend in de pracht van de duurste hotels. Witwaspraktijken, alles gefinancierd door de hardwerkende belastingbetaler. Welkom in het tijdperk van #MeToo, beste mensen. De tijd waarin jullie zullen worden ontmaskerd is aangebroken, geen veilig heenkomen meer, althans niet bij mij.
Eindelijk zal ik adem kunnen halen. Die extravagante feesten, waarin waardering wordt afgemeten aan de labels op je kleding, waar opschepperij en de verkoop van je ziel de hoofdrol spelen, zal ik niet betreuren. Het #MeToo-tijdperk zal als een storm alle vuile was blootleggen, ik zal niet langer zwijgend toekijken terwijl de schijnheiligheid regeert.
Sinds het moment dat John zijn intrede deed op het ministerie, vaar ik mijn eigen koers. De omstandigheden dwingen me, me vasthoudend aan het principe van rechtvaardigheid boven alles. In het begin worstelde ik, aarzelde ik. De handelingen die ik moest volbrengen vielen in het begin niet mee. Maar al doende leert men.
De verbijstering op hun gezichten was onbetaalbaar wanneer ik op hun drempel verscheen. Je kon het ze zien denken: een vrouw? Maar het tonen van een Engelstalig document met een kleurrijk logo maakte indruk. Een professionele glimlach was genoeg, en ja, ik werd binnengelaten. Het saboteren van de sensor was een makkie. Het terugplaatsen van de meldingsapparatuur, inclusief camera, vereiste meer behendigheid. De bewoners mochten niets merken. Soms boorde ik een gat te veel, wat resulteerde in ongeplande reparaties aan pleisterwerk, een vaardigheid waarin ik niet bijzonder bedreven ben. Oneffenheden in de muur bleven achter, als stille getuigen die enkel door een scherp oog opgemerkt zouden worden. Maar wisten zij veel, die autistische bestuurders vol testosteron in hun onderbroek.
Koolmonoxide, de stille moordenaar, zo wordt gezegd. En inderdaad, ik ben degene die deze onzichtbare sluipmoordenaar tot leven wekt. Eerst het alarm heel slim uitschakelen, gevolgd door het bewerkstelligen van een onvolledige verbranding. Een kwestie van enkele filtertjes plaatsen die de zuurstof niet doorlaten. Een kind kan de was doen. Met als resultaat dat er weer een leven verpakt en wel afgevoerd kan worden. Sommige individuen ontlopen al te gemakkelijk de gevolgen van hun daden. Soms moet je de rechtsgang een handje helpen om de wereld van zijn afval te ontdoen.
Het is John niet bekend dat ik over het wachtwoord van zijn laptop beschik. Wanneer hij slaapt, snuffel ik rond in zijn documenten. Namen en adressen worden zorgvuldig door mij genoteerd. De volgende dag maak ik, ogenschijnlijk namens het bureau Preventie van het ministerie, afspraken. Wie zou immers de veiligheid in zijn huis niet willen verbeteren? Een ongeluk schuilt nu eenmaal in een klein hoekje.
Steeds vaker bemerk ik een afkeer in mezelf jegens die John van mij. Niet zozeer vanwege mijn afhankelijkheid van hem. Nee, het is zijn lafheid die me ergert. Hij mist het lef om zelf initiatieven te nemen, gevangen als hij is in de webben van zijn meerderen en de geldstromen die hem toevloeien. Het idee om informatie naar de pers te lekken, om als klokkenluider op te staan, zal niet in hem opkomen. Eerst moet zijn eigen hachje worden gered; daarna pas komt de rest van de wereld aan bod, met zijn vrouw op de laatste plaats natuurlijk.
Gelukkig ben ik niet zijn vrouw, dat arme schepsel. Ze weet van niets, hoewel er bij haar af en toe vermoedens naar boven zullen komen, vooral wanneer hij weer eens twee dagen achter elkaar bij ons logeert. In die momenten ontpopt hij zich tot een voorbeeldige stand-in vader voor Faye. Hij informeert naar haar schoolprestaties, helpt haar met huiswerk. Tijdens de afwas slaat hij een arm om me heen, plant een kus in mijn nek. Daarna drinken we een fles wijn leeg op de bank, soms zelfs meer. Faye is dan al naar bed. Een gigantische spanning hangt er op zo’n moment in de lucht. Trillend van opwinding staan we naakt tegenover elkaar. Mijn verleden als kickbokser komt me goed van pas, waarbij ik meestal enkel mijn blote vuisten gebruik. John, breed en krachtig, is een geduchte tegenstander. Hij weet me af en toe stevig te raken, vooral op mijn benen. Uiteindelijk vallen we in elkaars armen, vaak nog quasi tegenspartelend, als een ritueel dat een voorproefje is van een uur vol passie. Soms blijft hij de hele nacht, en herhalen we onze oefeningen in bed. Op andere momenten vertrekt hij abrupt, beweert dan dat hij nog van alles te doen heeft. En weg is hij, zonder me een kus te geven. Terug naar huis om de schijn op te houden met zijn vrouw, of naar een van zijn andere vlammen.
Vanavond heb ik voor de laatste keer pijn in mijn buik. Het zal niet opnieuw gebeuren. Een bijzondere rust vult de zolderkamer. Het geronk van John stemt tevreden, hij is verzonken in een diepe slaap. Buiten is het koud; de eerste sneeuw is gevallen. De verwarming snort op de hoogste stand, het geraas van de cv-ketel klinkt hoopvol. John ligt slechts drie meter verderop. Dat zou voldoende moeten zijn. Deuren en ramen gesloten. In mijn oordopjes klinkt de muziek van Radiohead, hun nummer No Surprises. Inderdaad, geen verrassingen meer. Morgen zal iedereen het weten.